Bouwen, bouwen, bouwen.
Maar dan wel onder strakke regie van de gemeente, voor specifieke doelgroepen en eigen inwoners. En woningbeleggers moeten zoveel mogelijk worden geweerd. Dat is de conclusie die Vastgoedmarkt trekt uit een analyse van de partijprogramma’s van de grootste partijen in de G5. Als de partijen het voor het zeggen krijgen, en die kans is groot, is er voor de particuliere woningbelegger geen plek meer in de grote stad.
Geldwolven, ‘grijpgrage beleggers’, de woningmarkt is ‘ten prooi gevallen aan het grote geld’. Voor politici in de vijf grote steden is de conclusie helder: beleggers zijn de veroorzaker van al het kwaad op de woningmarkt. Zij kopen woningen op en verhuren deze voor ‘woekerprijzen’. Zij overbieden met enorme zakken geld en drijven zo de prijzen op. Zij verdringen de starter, de leraar, de brandweerman. Zij zijn de reden waarom er steeds minder betaalbare woningen zijn in de grote stad.
En dus zullen ‘zij’ moeten worden verbannen van de lokale woningmarkt. Uit een analyse door Vastgoedmarkt van de verkiezingsprogramma’s van de vier grootste partijen en in de vijf grootste steden van het land blijkt dat er geen partij te vinden is die het voor beleggers opneemt. De VVD is weliswaar het meest gematigd in haar toon, maar is voor beleggers een wolf in schaapskleren. De liberalen stemmen in alle steden in met de opkoopbescherming en met verdergaande regulering van de buy-to-letmarkt. Als puntje bij paaltje komt, neemt de VVD het op voor de particuliere woningeigenaar in spe die er steeds moeilijker tussenkomt. Ook die heeft last van die belegger.